UNESCO viert de Internationale Dag van het Onderwijs jaarlijks op 24 januari, om iedereen eraan te herinneren dat onderwijs de sleutel is tot een duurzame ontwikkeling. Voor deze gelegenheid hebben we Manuel Justen, projectmanager van het Interreg EMR schoolproject EMRLingua, drie vragen gesteld. Hij was tot voor kort zelf docent en vertelde ons meer over de cultuurverschillen in onze programmaregio en over het project. EMRLingua ontwikkelt momenteel een stichting voor grensoverschrijdende samenwerking tussen verschillende scholen in de regio om de samenwerking tussen scholen zo goed mogelijk te laten verlopen.
Wat is de achtergrond van het EMRLingua-project? Kunt u de beginsituatie en de plannen voor het project beschrijven?
Ik maakte aanvankelijk geen deel uit van het team, ik kwam pas zes maanden nadat het project was goedgekeurd als projectmanager toe. Maar de achtergrond van het project is dat het voor de Euregio Maas-Rijn ontzettend belangrijk is om elkaar te ontmoeten. Natuurlijk om dit te laten werken, kun je hier gewoon denken aan de arbeidsmarkt, maar ik zou hier ook culturele en privé- uitwisselingen in opnemen. Deze kunnen alleen werken als je de mogelijkheid hebt om kennis te maken en conversaties te hebben.
Toen ik op school zat, volgde ik bijvoorbeeld Franse les en woonden we nog geen drie kilometer van de taalgrens vandaan, maar voor mij was Frans net zo vreemd als Latijn. Pas veel later kreeg ik de kans om mijn Franse vaardigheden echt te verbeteren. Naar mijn mening zou de jongere generatie, die ook nog mobieler is, niet dezelfde fout moeten maken, daarom is EMRLinuga zo een belangrijk project!
Welke verschillen zie je in de manier waarop we onze kinderen talen leren in de drie landen die onderdeel zijn van dit project?
In Duitsland zijn er Euregio profielscholen en in deze scholen wordt veel waarde gehecht aan het uitdragen van een zekere culturele openheid. De filosofie hierachter is dat je je eerst bewust moet worden van een gemis voordat je klaar bent om iets te leren. Ter vergelijking; in België spelen dergelijke overwegingen nauwelijks een rol, en waarom zou je, je komt praktisch om de zoveel kilometer iemand tegen die een andere taal spreekt. In Nederland daarentegen merkte ik dat scholen nog een stapje verder gaan, daar gaat het echt om het aanleren van interculturele vaardigheden en manieren om mensen te benaderen. Nederlanders hechten veel meer waarde aan simpele, praktische dingen!
Kunt u iets vertellen over de huidige projectstatus?
De pandemie is echt een belemmering als het gaat om het dagelijkse schoolleven, dat merkte we jammer genoeg ook in dit project! Maar op dit moment staan we natuurlijk nog aan het begin van ons werk voor EMRlingua. Wat ik hiermee bedoel is dat er nog veel in voorbereiding is, want we kunnen niet zomaar zeggen: "Ok allemaal, ontmoet elkaar alsjeblieft, wij kijken wel gewoon toe!” We hadden ook veel het initiatief moeten nemen.
Momenteel zijn we druk bezig met het opzetten van een scholennetwerk met de juiste eisen. Er is ook een portfolio in ontwikkeling dat bedoeld is om het culturele verschil te compenseren. Dit betekent dat we in alle drie de landen hetzelfde aanbieden, maar dat de scholen de activiteiten kunnen kiezen die het beste bij hun eigen achtergrond passen. Hiervoor hebben we criteria ontwikkeld die vervolgens in alle drie de landen geïmplementeerd kunnen worden, wat natuurlijk niet altijd even makkelijk is.
Bedankt voor het interview, meneer Justen! Alle geïnteresseerde kunnen meer te weten komen over EMRlingua op de Euregio Maas-Rijn website, de lead partner van het project.