Het enorme aantal nieuwe migranten en hun mobiliteit vragen om een gemeenschappelijke Europese identiteit om hier op humane wijze mee om te gaan. Het project bouwt voort op de ervaringen van de vijf deelregio’s door de deels verschillende integratiestrategieën van elk van de regio’s in aanmerking te nemen. Ook zal het Euregionale normen voor dit scholingsprogramma en voor de implementatie van gemeenschappelijke waarden ontwikkelen. Het project wil de maatschappelijke integratie van nieuwe migranten bevorderen door de kwalificaties van mensen in het veld te verbeteren. Dit is de doelgroep, die wordt gevormd door mensen die met vluchtelingen werken, m.n. maatschappelijk werkers en docenten. Zij fungeren als multipliers. Het project ontwikkelt een reeks scholingsmodules die professionals én vrijwilligers helpen om vluchtelingen beter te kunnen opvangen, ondersteunen en opleiden in de Euregio Maas-Rijn. Het project omvat de volgende stappen:
1. Contextanalyse en inventarisatie van de bestaande kwalificaties van professionals en vrijwilligers. Er zal een referentiekader voor de competenties worden opgezet en een sterkte-zwakteanalyse worden gemaakt. Mensen uit de praktijk in de vijf deelregio’s zal worden gevraagd aan welke scholing ze het meest behoefte hebben. Daarbij wordt rekening gehouden met hun formele kwalificaties en informeel verworven competenties.
2. Deze scholingsbehoeften en de specifieke omstandigheden in de regio (bijv. overeenkomsten bij het werken met vluchtelingen tussen stad en platteland, onafhankelijk van nationaliteiten) zullen de basis vormen voor een gedifferentieerd, modulair scholingsprogramma, dat vervolgens zal worden uitgewerkt. Hierin zullen zowel professionele aspecten (bijv. taaldidactiek) als algemene aspecten (bijv. interculturele trainingen en het omgaan met traumatisering) aan bod komen. Er zal worden voorzien in diverse toegangs- en gebruiksmogelijkheden, bijv. via moderne technologie, zoals online-onderdelen. Een punt van aandacht zal het bevorderen van de dialoog tussen de lokale bevolking en vluchtelingen zijn.
3. Uitvoering van het scholingsprogramma in de vijf deelregio’s in samenwerking met de belangrijkste organisaties (organisaties op het gebied van vluchtelingenwerk en onderwijscentra die taallessen en opleidingen verzorgen). Het project richt zich in gelijke mate op professionals en vrijwilligers.
4. Evaluatie, optimalisatie en implementatie van het scholingsprogramma. Mensen uit het veld en organisaties die hebben deelgenomen, zullen feedback geven op het scholingsprogramma. Op basis daarvan zal het scholingsprogramma inhoudelijk en qua organisatorische randvoorwaarden worden bijgesteld. Het bijgestelde programma zal vervolgens in gedifferentieerde modules worden verwerkt.
5. Het project zal worden afgesloten met een conferentie om het scholingsprogramma te presenteren en aan alle organisaties in de regio aan te bieden. Daarna zal het door de partners via de media in de publiciteit worden gebracht. Ook zal het aan organisaties in de drie landen worden gepresenteerd en beschikbaar worden gesteld.